Zorgen over toegenomen vraag naar ADHD-diagnostiek
- Publicatiedatum
Het aantal mensen dat medicatie neemt voor ADHD is in 20 jaar verviervoudigd. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Ook het aantal mensen dat hulp zoekt en wordt doorverwezen naar de ggz voor concentratieproblemen groeit. De Nederlandse ggz maakt zich zorgen om deze beweging. “Doordat mensen zekerheid zoeken, gaat dat ten koste van mensen die echt zorg nodig hebben, ook met ADHD-problematiek. Of mensen moeten te lang wachten. Daar maken wij ons grote zorgen over”, zegt voorzitter Ruth Peetoom.
In 2024 zijn ruim 90.000 mensen in de ggz geholpen met een hulpvraag rondom concentratiestoornissen zoals ADHD en ADD. Voordat zij geholpen kunnen worden, wachten ze gemiddeld 23 weken. “En in sommige regio’s zelfs langer dan een jaar. Dat laat zien dat we moeite hebben om de grote vraag met ons beschikbare personeel aan te kunnen. Hoe groot die vraag is, zien we ook terug in de doorverwijzingen van huisartsen. ADHD en gerelateerde aandoeningen zorgen voor de meeste doorverwijzingen naar de psychiatrie”, benoemt Peetoom. “De CBS-cijfers zijn voor ons dan ook geen verrassing maar benadrukken de grote druk op onze sector.”
Samen optrekken om mensen sneller te helpen
De stijging van het aantal mensen dat hulp zoekt bij ADHD-gerelateerde klachten, is niet nieuw. “Wel is er meer aandacht gekomen voor concentratiestoornissen, onder meer via sociale media. Het is normaler geworden dat je ADHD of ADD hebt – en ondanks dat het mooi is dat mentale problemen bespreekbaar zijn, moeten we er met elkaar voor waken dat we anderen niks aanpraten”, deelt Peetoom. “Want als je van TikTok maar vaak genoeg hoort dat je voldoet aan een plaatje, ga je vanzelf zekerheid zoeken bij de huisarts of de ggz. En wij willen de mensen die zorg nodig hebben snel blijven zien en helpen.”
Eerder hulp bieden om erger te voorkomen
In het Aanvullend Zorg- en Welzijnsakkoord is door zorg- en welzijnspartijen afgesproken vroegtijdig hulp te bieden om verergering van de klachten te voorkomen. Ook voor problemen met concentratie kan dat helpen, bijvoorbeeld met trainingen rondom overprikkeling. Peetoom: “Dat steeds meer mensen last hebben van concentratieproblemen, is namelijk ook een gevolg van hoe we onze maatschappij hebben vormgegeven. Daar hebben we met zijn allen wat in te doen. Daarom zijn we in gesprek met andere maatschappelijke partners, zoals het onderwijs en de gemeentelijke diensten, om te zien hoe we samen kunnen optrekken in het voorkomen van problemen.”