Naar homepage

We zijn goed in het aanpakken van acute problemen

Bas, behandelcoördinator bij FPC Dr. S. van Mesdag, werkt met patiënten met een persoonlijkheidsstoornis en seksueel grensoverschrijdend gedrag.

Een prachtig voorbeeld van iemand die zich via studies en vooral de praktijk ontwikkelt is Bas. Ooit begonnen als verzorgende bij verpleeghuis Blauwbörgje in Groningen heeft hij zich via een studie mbo-verpleegkundige, hbo Social Work en werken bij Lentis opgewerkt tot behandelcoördinator bij FPC (Forensisch Psychiatrisch Centrum) Dr. S. van Mesdag. Dat werk doet hij nu ruim twee jaar.

Hoe kwam je bij Van Mesdag terecht?

“Ik ben altijd iemand geweest die liever in de praktijk werkt en leert. Ik heb hiervoor veertien jaar bij Lentis gewerkt, onder andere in de volwassenenpsychiatrie en bij een FACT-team. FACT is een ambulant multidisciplinair ggz-team. Uiteindelijk heb ik naast mijn werk een opleiding tot verpleegkundig specialist gedaan. Bij Van Mesdag ben ik in gesprek gegaan over de functie behandelcoördinator. Zo ben ik eerst een half jaar gestart op een uitstroomafdeling. Daarna kreeg ik de vraag of ik met de doelgroep patiënten met SGG (seksueel grensoverschrijdend gedrag) wilde werken. Deze nieuwe uitdaging ben ik maar gewoon aangegaan, ook al wist ik niet helemaal waar ik aan begon.”

Wat houdt je werk in?

“Ik werk op een afdeling met patiënten met een persoonlijkheidsstoornis en seksueel grensoverschrijdend gedrag. Ik spreek patiënten elke twee weken over de voortgang van hun behandeling en bij vragen of incidenten vaker. Het zijn patiënten die vanuit hun delict gewend zijn om zich zoveel mogelijk verborgen op te stellen. Daardoor blijft het een uitdaging om in gesprek te zijn over hun delict en de gevolgen daarvan.

Veel overleg heb ik met de sociotherapeuten: hoe verloopt de behandeling, waar loop je tegenaan, hoe kan je het beste met deze patiënt omgaan. Als het niet lekker loopt met een patiënt, dan houden we een multidisciplinair overleg om te bespreken welke interventies nodig zijn in de behandeling.

Daarnaast schrijf ik verlofaanvragen voor de VTC (Verloftoetsingscommissie), bereid aanvragen voor libidoremmende medicatie voor die in de LRM (Commissie Libidoremmende Medicatie) worden behandeld en doe ik jaarlijks per patiënt een risicotaxatie om het recidiverisico vast te stellen. Verder spreek ik als deskundige bij rechtszittingen over tbs-verlenging van de patiënten.

"Als het niet lekker loopt met een patiënt, dan houden we een multidisciplinair overleg om te bespreken welke interventies nodig zijn in de behandeling."
Bas behandelcoordinator Van Mesdag

Wat vind je mooi aan je werk?

“Ik houd erg van de afwisseling in mijn functie. Het is een mix van teamwerk en zelfstandig werken. Een voorbeeld van teamwerk is het opstellen van een verlofaanvraag. De voorbereiding hiervan wordt gedaan door de behandelrapporteur, vervolgens check ik de eerste opzet en vul dit waar nodig aan. Daarmee neemt de behandelrapporteur een groot deel van mijn werk uit handen. En dat is prettig samenwerken.

Ook verloopt de samenwerking met de unit goed. Als ik naar huis ga kan ik de zorg om de patiënten loslaten, want ik weet dat sociotherapie het goed overneemt. We hebben op onze unit sociotherapeuten met veel ervaring. En als het nodig is dan zijn we samen goed in het aanpakken van acute problemen. Bijvoorbeeld om na een incident met verschillende collega’s na te denken of een overplaatsing nodig is. Samen kijken we dan waar de betrokken patiënt het beste terecht kan.

Ik profiteer van de goede mensen die hier werken en die bereidwillig zijn om hun kennis met mij en met elkaar te delen. Met elkaar zijn we verantwoordelijk voor de behandeling van een patiënt. En dan is het waardevol om te zien hoe we hem als team kunnen begeleiden in de (kleine) stappen die hij zet in zijn behandeling. Want elke stap die een patiënt zet in de behandeling geeft nieuwe energie om dit werk te doen.”

Wat is een uitdaging in je werk?

“Ik heb echt tijd nodig gehad om wegwijs te worden in tbs-land. Het is vaak een zoektocht naar de beste behandeling voor een patiënt met SGG. Om mijn kennis van deze doelgroep te verbreden, krijg ik de ruimte om me daar verder in te specialiseren.”

Wat zijn voor jou ingrediënten voor werkplezier?

“Het geeft mij een goed gevoel dat ik de kans krijg om me te ontwikkelen en dingen op te pakken die ik nog niet eerder gedaan heb. Ik voel die ruimte en de steun en het geeft me een hoop energie. Daarnaast zie ik dat we als team elkaar steeds beter weten te vinden en stappen maken in de behandeling van patiënten. Daar kan ik van genieten.

Wat ook helpt is om in de kliniek tussen de middag te sporten. Als ik met iets in mijn maag zit, ziet dat er na het sporten minder ingewikkeld uit en begin ik fris aan de middag.”

“Het geeft mij een goed gevoel dat ik de kans krijg om me te ontwikkelen en dingen op te pakken die ik nog niet eerder gedaan heb."