Inzet digitalisering ggz voor betere zorg en verhogen werkplezier
“Versterken digivaardigheid ggz-professionals belangrijk aandachtspunt voor zorgverbetering en werkplezier”
Digitalisering in de ggz is niet meer weg te denken. Zorgprofessionals en hun ondersteuners krijgen in hun werk onvermijdelijk te maken met technologische innovaties zoals: nieuwe applicaties, eHealth, sociale en digitale communicatieplatformen. De ggz-sector heeft een eigen benchmark uitgevoerd onder ggz-medewerkers bij 12 ggz-aanbieders voor de beeldvorming van de digivaardigheid van ggz-professionals. Toepassing van nieuwe digitale technieken kan bijdragen aan het verbeteren en versnellen van zorgbehandelingen en -trajecten. Ook levert het een positief effect op voor het werkplezier van de ggz-medewerkers. Merijn van der Zalm, directeur ICT van GGZ Oost Brabant heeft de benchmark ‘Digitale vaardigheden in de ggz’ gecoördineerd. Hij vertelt over de uitkomsten van de benchmark en de aandachtpunten voor de ggz.
In de zorg ligt het niveau van digitale vaardigheden niet per se lager dan bij de gemiddelde Nederlander. Alleen is het in de zorg geen optie om digitaal ‘onhandig’ te zijn, zegt Van der Zalm. ‘Als burger kun je je nog onttrekken als je niet graag met een computer omgaat. Als ggz-medewerker werk je met systemen waarmee we de patiëntveiligheid en juiste registratie van medicijnen moeten waarborgen. We kunnen dus niet om het begrip digitalisering heen.’
Digitale vaardigheden belangrijk voor verbetering behandeleffect cliënt
We staan aan het begin van een omwenteling. De toepassing van nieuwe technieken in de behandeling, zoals apps op smartphones, verschillende e-health diensten, Virtual Reality (VR) en van wearables, kunnen bijdragen aan sneller herstel. Een goed voorbeeld is dat binnen de ggz hoogfrequent (digitaal) contact voor bepaalde groepen patiënten een potentieel beter behandeleffect heeft dan traditionele methoden. Ook kan digitalisering helpen het behandeleffect te meten. Dit versterkt het evidence-based werken in de ggz.
Bevorderen werkplezier met digitale toepassingen
Bij twaalf ggz-instellingen zijn medewerkers gevraagd aan te geven hoe digivaardig zij zichzelf zien bij het toepassen van mobiele apparaten en digitale systemen, ook in hun werk. ‘Het doel was niet om een wetenschappelijk onderbouwd onderzoek te doen onder de medewerkers, legt Van der Zalm uit. ‘We streefden niet naar perfectie, maar naar een actie perspectief. Het is geboren uit een voorondersteld knelpunt. We wilden een beeld krijgen van hoe groot dat knelpunt is, zodat we gericht acties kunnen ondernemen om digitale vaardigheden te verbeteren waar nodig. En daarnaast dragen sterkere digitale competenties ook bij aan het werkplezier van zorgmedewerkers.’
Voorafgaand aan de benchmark werd verondersteld dat er mogelijk een achterhoede zou zijn van 50-plussers, die ook op landelijk niveau vaak minder goed scoren als het gaat om digitale vaardigheid. Binnen de ggz blijkt dit niet anders te zijn, ondanks een aantal positieve uitzonderingen. Ongeveer een derde van de respondenten mag zich digi-weet noemen en is kundig als het gaat om digitale vaardigheid. De grootste groep, zo’n vijftig procent, blijkt digivaardig en kan zich goed redden. En zo’n twintig procent is een zogenaamde digi-starter en kan nog wel wat hulp gebruiken.
‘Investeren in digivaardigheid leidt uiteindelijk tot minder frustraties omdat men goed kan omgaan met digitale systemen. Hierdoor krijgt men meer werkplezier en dit leidt ook weer tot productievere medewerkers. Digitalisering van zorg- en behandeltrajecten, inclusief de administratie draagt ook bij aan meer tijd voor cliënten. Een mooi voorbeeld is de zogenaamde ‘digitale poli’. Een volledige online behandeling waarbij zowel de wachttijd als de behandeltijd korter is. Hierbij is het wel belangrijk dat zowel de cliënt als de zorgverlener digitaal vaardig is.’, zo licht Van der Zalm verder toe.
Inzet digi-coaches voor sterkere digivaardige ggz
Naar aanleiding van de uitkomsten van de benchmark bespreken de verschillende instellingen vanaf het najaar de vervolgplannen voor het versterken van een digivaardige ggz. Een speerpunt is de inzet van digi-coaches. Collega’s die al voorop lopen worden getraind om anderen te helpen bij het digitaal vaardiger worden. Ook wordt er samenwerkt met het ECP, het platform voor de Informatie Samenleving. Dat ontwikkelt online trainingen en cursussen en gaat deze nu ook toespitsen op de ggz-professionals.
Investeren in een digitaal vaardige ggz
‘Het kost tijd en dus geld om de ggz digitaal vaardiger te maken. Die middelen zullen uit de ggz zelf moeten komen.’, stelt Van der Zalm. ‘Hier kan de politiek ook in bijdragen. Blijven stimuleren om digi-coaches op te leiden en in te zetten, zodat er een impuls kan worden gegeven dat ggz-instellingen ermee aan de slag gaan en dit traject blijven voortzetten. Je moet uitspraken als ‘digitaal is het nieuwe normaal’ veel voorbij laten komen in campagnes. Geld voor de opstart, de beeldvorming, de promotie en voorlichting kan vanuit de overheid komen. De duurzame inzet op de uitvoering, dat moeten de instellingen zelf doen. En er ligt hierbij ook een duidelijke taak voor de ICT’ers. We moeten de systemen echt overzichtelijker en toegankelijker maken voor de gebruikers. Van de ‘systeemwereld’ naar de ‘leefwereld’. Goede zorg die ook aansluit op snel opvolgende (digitale) veranderingen, is alleen mogelijk als je met z’n allen die verander- en investeringsslag maakt.’