Op het kenniscongres ging het ook over het slimmer en innovatiever organiseren van ons zorgsysteem en het zorgaanbod in de ggz, gericht op herstel en het meedoen in de maatschappij.
Dat is een hele mooie ontwikkeling! Het is alleen niet genoeg, want veranderen van zorgaanbod is veranderen binnen de marges van wat wij zelf zien als een antwoord op de uitdagingen van mensen. In Nederland denken we bij innovatie vaak aan nieuwe producten, terwijl onderliggend aan die producten onze cultuur, ons mensbeeld ligt. Dat gaat dus om breder veranderen dan alleen het zorgaanbod, wat juist zo hard nodig is. Er zijn zorgverleners, ondernemers en organisaties die het soms al jarenlang anders doen, dat zijn goede voorbeelden om de standaard van te maken!
De kracht van goede zorg ligt in mensen die het geven. Het gaat altijd om de menselijke relatie. Zoals ik vertelde werd mijn moeder opeens patiënt, terwijl ze jarenlang hulpverlener was (en nu weer is). Ze mocht ‘op verlof’ voor de première van onze film Human Forever. Mijn moeder zag er prachtig uit, ze draagt graag mooie kleding, dat is onderdeel van haar identiteit. Toen ze weer terug was op de PAAZ-afdeling, kwam ze een oud-collega tegen die vroeg: ‘Ben jij ook aan het werk?’ Mijn moeder zei: ‘Nee, ik ben hier opgenomen.’ Die oud-collega schrok enorm. Dat beeld bleef bij mijn moeder hangen, ze zei: ‘Het zegt zoveel over hoe wij naar mensen kijken. Zodra je te maken hebt met de ggz, krijg je voor je gevoel meteen dat beeld van ‘patiënt’ opgeplakt.’ De lijn tussen zorg geven of ontvangen is soms flinterdun, het zou mooi zijn als we kwetsbaarheid in het leven niet wegpoetsen, maar meer omarmen.
Ik vertelde op het congres ook hoe hulpverleners op zo’n afdeling rondlopen met een sleutelbos die ze op tafel leggen. Onbedoeld laten ze zien: ik ben de hulpverlener en jij verblijft hier. Bij ambulante teams is dat al anders, die komen bij mensen thuis, in hun eigen omgeving. Maar ook daar maken we het thuis van mensen soms tot instituut.